Een Bretoens cavaleriekruis herinnert aan adjudant Charles Dresse.
Op een hoge zuil staat een kruis met Christus en langs weerszijden Maria en Johannes.
Binnen een gecementeerde omheiningsmuur bedekt met hardstenen platen die de vierkante afsluiting vormt, staat een Bretoense Calvarie.
Op de hardstenen paaltjes naast het versierde ijzeren hek staan twee hardstenen bollen, evenals op de vier hoeken.
Op een voetstuk met drievoudige geleding staat een hoge zuil, waarop een kruis geplaatst is met het beeld van Christus, met links en rechts ervan beelden van Maria en Johannes op consoles.
Het 9de Linie:
Dit regiment, de rechtervleugel van de divisie, volgde vanaf Ruissea farm de noordelijke berm van de spoorweg leper-Kortemark en stak de weg Langemark-Bikschote over. Het noorden van Langemark-dorp werd snel overvleugeld. Vervolgens dook het 9de linie het overstroomde dal van de Broenbeek in.
Saksische versterking overrompeld:
Van ernstige Duitse weerstand was ook hier geen sprake, niet tegenstaande de 23ste (Saksische) ID zopas als versterking was aangekomen. Haar bataljons, die pas uit Frankrijk kwamen en daar grote verliezen hadden geleden, waren echter nog amper een paar compagnieën sterk. Ze arriveerden ook te laat op het appel, waardoor ze nog niet eens de helft van hun positie hadden ingenomen. Rond Veldhoek-Madonna nam het 9de Linie dan ook tientallen gevangenen van de regimenten 100 en 108 van die 23ste SID. Het 9de vorderde zo snel dat het om half tien zijn objectief al voorbij was.
Vijfwegen: Duitse tegenaanval.
Het 9de Linie had reeds de omwalde hoeve Ferme Rembrandt ("Ter Storme") bezet en de weg Vijfwegen-Westrozebeke overschreden, toen het ondervond dat links en rechts niemand gelijke tred had gehouden en het daardoor in een gevaarlijke speerpunt was verzeild.
Daarbij rees de bodem nu snel van 20 m naar 50 m hoogte over een afstand van slechts 2km! Op die hoogte tussen Stadenberg en Westrozebeke zaten de Duitsers achter hun mitrailleurs op de loer. Ze merkten ook de precaire toestand waarin het Belgische 9de Linie zich bevonden besloten er gebruik van te maken. Om 10 uur gingen Beieren en Saksen tot gecoördineerde flankaanvallen over, vanuit de zoom van het Houthulstwoud en vanuit Vijfwegen. De verliezen bij het verraste 9de Linie waren meteen enorm. Talrijke officieren vielen. De bevelvoering moest door lagere rangen en zelfs soldaten worden overgenomen. Een voorzichtig en langzaam achteruit maneuvreren was aangewezen. Te meer daar de beloofde Franse hulp nog altijd niet opdaagde. Het 9de trok zich anderhalve km terug tot de Ferme Davout aan de weg Poelkapelle-Vijfwegen. Adjudant Charles Dresse de naam van deze dappere blijft geboekstaafd als een voorbeeld van de moed van de onderoffieren en soldaten vertoonden om de verantwoordelijkheden over te nemen van gesneuvelde of ernstig gewonde officieren.Tijdens de bloedige aftocht van de Ferme Rembrandt naar de Ferme Davout, merkte de 21-jarige adjudant Dresse op dat er geen bevelen meer doorkwamen, dat er geen officieren meer in de omtrek waren, dat de soldaten niet wisten waarheen of wat gedaan, dat hij eigenlijk de hoogste in rang was. Nabij het Bultekot (“Bell Farm”) nam hij de leiding op zich en stormde aan het hoofd van een groep manschappen vooruit om een Duits mitrailleursnest die op de weg naar de Ferme Davout versperde, aan te vallen en uit te schakelen.
De operatie lukte, maar hijzelf geraakte er niet meer , een kogel trof hem dodelijk…Oorlogsvrijwilliger Charles Dresse, zoon van een industrieel uit Verviers, kreeg later op de plaats waar hij sneuvelde een waardig monument, een van de weinige die voor een enkeling werden opgericht. Zijn stoffelijk overschot zelf ligt begraven op de Belgische militaire begraafplaats van West-Vleteren.
Bron: Van het vrijbos tot Roeselare(eindoffensief 1918) door Robert Baccarne en Jan Steen.
Op zijn monument te Poelkapelle staat in het Nederlands (van die tijd!) gebeiteld:
Ter roemijke nagedachtenis van Charles Dresse
Geboren te Luik de 23 januari 1897
Oorlogsvrijwilliger van 1914.
Adjudant bij het 9de regiment Voetvolk.
Door den vijand geveld, viel hij op deze plaats den 28 september 1918.
Na zijn leven voor de vrijheid van het vaderland te hebben geofferd.
Bid voor hem.
In het Frans, en Français:
Citation à l’ordre de l’amée du 28 avril 1919
Adjudant V.D.G 29 mois de front, une citation aux O.J.R.
Sous-officier candidat sous-lieutenant, d’une grande bravoure.
Ayant toujours eu une conduite exemplaire au feu.
Est tombé en brave frappé d’une balle au cœur au moment où il s’élançait
Avec ses hommes
À l’assaut d’un nid de mitrailleuses qui empêchait la progression.
Il a été sur terre notre joie et notre orgueil.
Il a été sur terre notre joie et notre orgueil.
Il sera du haut des cieux notre force et notre espérance.
Priez pour lui.
Dit is het graf van Dresse wanneer hij begraven werd in september 1918. Om later herbegraven te worden in West-Vleteren. (hij werd begraven ergens in het veld achter het monument)
Persoonlijk dossier van Dresse Charles (=Carli) Marie Antoine Armand:
1879 :
23jan. : Geboren in Luik, Zoon van Edmond en Delloye Anne. In jezuietencollege Saint-Servais in Luik.
1914:
25dec.: Van huis in SPA, vertrokken en naar grens
28dec.: Aangeboden op Belgisch consulaat in Maastricht als oorlogsvrijwilliger en kandidaat-hulpofficier.
1915:
05jan.: Aangekomen in centre d’indsustion des anciek militaires in fécamp (Seine-maritime) Ingeschreven bij de 14de linieregiment, nr. 7817. Opleiding in ISIGNY (def. Calvador)Afhankelijk van C.I. nr. 8 (in carentan).
28mei.: Bevorderd tot Korporaal. Opleiding tot intsructeur, in bayeux? (calvador)
17mei: Bevorderd tot sergeant. Instructeur in C.I.A.M. in Fécamp?
1916:
17 jan.: Bevorderd tot adjudant
Maart: opleidinging C.I. de Mitrailleurs, in Criel-Sur-Mer.
16apr.: Kwartierarrest (8d): had te vroeg het kwartier verlaten.
29apr.: Kamerarrest (8d) : was niet waar hij moest zijn.
02mei: Gevangenis (8d): had toch ’s avonds het kwartier verlaten en was slechts ’s morgens teruggekeerd. (was onwillig voor naar het front.)
08mei: overgeplaatst op de slagorde van het 9de Linie regiment, in dezelfde 3de legerdivisie.
09mei: Aangekomen bij het 9de Linieregiment, aan het front.
29 aug.: Bevorderd tot Korporaal.
16nov.: Verlof (7d) met soldij, bij familie in Parijs?
1917 :
01/01. : In infirmerie van de 3de L.D., in rustkantonnement, daarna speciale opleiding in C.I.A.M.
10/03: Weer in 9de Linieregiment.
03/08: Bevorderd tot Sergeant in 10de Cie/9de linie.
20/08: Vermeld op dagorder van regiment: bij patrouille gewonden geholpen en teruggebracht.
1918:
05/01: In infirmerie van de 3de Linie, 4dagen.
04/04: Bevorderd tot adjudant, in 11de Cie/9de linie.
20 mei: Opdracht in Bataljon Aanvulling en Opleiding van de 3de infanterie Div. (Nieuwe eenheid in 3de Linie)
03/08: Weer in B.A.O.
24/09: Weer in 11de Cie/9de linie.
28/09: Mee in offensief als pelotoncommandant. Gesneuveld bij hoogte 25, bij de Schaapbalie, Poelkapelle bij voortgezette aanval op mitrailleursnest. In voormiddag, kogel in de borst(hart!).
07:/10: Graf gevonden door vriend Auguste Aerts, gefotografeerd.
09/10: Lichaam overgebracht naar Belgische militaire begraafplaats in West-Vleteren, graf nr. 1530, met hoog wit kruis, later grafmonument, nu nr. 674, met officiële grafsteen.
Adjudant-oorlogsvrijwilliger Charles Dresse:
Stamnummer in 9de Linie Rgt.: 109/1351
Dienst in achtergebied van 05/01/1915 tot 20/05/1916 gerekend 15 1/2de maand
Frontdienst van 21/05/1916 tot dood op 28/09/1918, gerekend 28 maanden en 9 dagen. (zie verloop)
Frontroepen: Dire, voor 12 maanden +8+8
Eretekens:
1) Tijdens oorlog: geen
2) Na sneuvelen: Oorlogskruis, Kruis van Ridder in de Orde van Leopold 2 op 28/04/1919
3) Na oorlog: dus postuum
-Overwinningsmedaille en Herdenkingsmedaille van de oorlog 1914-1918 op17/09/1924
-Medaille stijder-Vrijwilliger op 19/10/32
-Vuurkuis op 15/11/1931
Merkwaardigheden:
Gestalte: 1,75m
Vermelding op dagorder van 9de Linieregiment: 30/08/1917 (Zie biografie)
Vermelding op dagorder van het leger: 28/04/1919 na het sneuvelen in de aanval op 28/04/1918
Zou op 13/10/1918 hulponderluitenant geworden zijn.
Naamplaatje van op lichaam afgenomen en via militaire keten naar burgemeester, daarna aan ouders.
In zakken 2450 frank gevonden, via ministerie van Oorlog aan ouders bezorgd. Geen voorwerpen overhandigd.
In zijn jeugd een "moeilijke jongen", moeilijkheden in het kamp in Normandië, "sans peur" aan het front.
9de Linieregiment i.v.m. Adjt Dresse:
Frontdienst vanaf 21 mei 1916, in 3de Legerdvisie:
1) Met 1ste gemengde Brigade in setor Diksmuide, d.w.z. Kaaskerke tot in december 1916.
2) Met 9de infanterie brigade (nieuwe naam door reorganisatie) in sector Diksmuide (Kaaskerke)-Nieuwkapelle, daarna in sector Diksmuide (Kaaskerke) tot in feb.1917
3) Rust in de Panne, vanaf 23 feb. 1917
4) Met zelfde infanterie Brigade in sector Ramskapelle- Pervyze, vanaf 19 maart, vanaf 20 juni daarbij Oud Stuivekenskerke.
5) Rust met reorganisatie vanaf 19 december 1917
6) Met nieuwe gevormde 3de infanterie divisie in zone Merkem (na verovering in najaar 1917) vanaf 13 feb.1918. Daar slag bij Merkem op 17 april 1918 met veel verliezen voor 9de linie
7) Rust (na slag) vanaf 09 mei.
8) Met zelfde Inf. Div. in zone Ramskapelle-Pervyze-Oud Stuiv. vanaf 22 mei, vanaf augustus zonder Oudstuivekenskerke.
9) Rust in regio Izenberge-Stavele-Hondschoote, vanaf 19 aug.
10) Voorbereiding en opstelling voor offensief, met aanvalsgroepering CENTRUM, d.w.z. versterkte 3de Legerdivisie, o.b.v. LtGen. J. Jalques.
Eindoffensief vanaf 28 september 1918:
1) Vertrok ten westen van bij Mangelare-Langemark, elk regiment 500m breedte, drie bataljons achter elkaar, vanaf 05.30 uur.
2) Aanval door Duitse stellingen, altijd ten zuiden van Bos van Houthulst, door de Waldriegel (Vijfwegen-Westrozebeke) richting Stadenberg.
3) Om 10 uur: voorbataljon (2de) met veel verliezen aan Waldriegel ten noorden van Watervlietbeek, volgbataljons (3de) moest zich opstellen.
Deze foto is genomen bij de inhuldiging van het monument op 28 sept. 1922
De vader Van Charles Dresse legt een kroon.
Aanwezig: Vader en Moeder en Broers en andere familieleden.
Adjudant Charles Dresse:
Vader:
Edmond Marie Antoine Dresse (1870-1940)
- Industrieel tot in 1907
- Eigenaar van Manoir de Lébioles : kasteel met park, in Creppé in SPA
- Politiek gevangene in Tongeren: veroordeeld na vlucht over de grens van jonge mannen, tot 3 jaar hechtenis maar na 7 maanden en ziekte vrijgelaten met geldboete.
- Na oorlog (of zelfs in oorlog?) consul van Dekenmarken in Luik.
- In 1929 (K.B. 15/101929) adelijke titel écuyer (jonkheer) Dresse de lébioles (titel nog door één gedragen)
Moeder:
Anne Marie Emelie Juliette Delloye (1870-1960)
- woonde met gezin op” Manoir de lébioles”
- Politiek gevangene, samen met man, ook in Tongeren, veroordeeld tot 2 jaar hechtenis, na 40 dagen en ziekte vrijgelaten op borgtocht.
- Gezin mocht niet meer naar het domein, het was te dicht bij het Duitse G.H.K.
3 Zonen:
1) Charles: 1897-1918 (hier behandeld)
2) Armand: 1900-1981, een dochter (Liliane Dr. De L.) poging tot vlucht over de grens in been geschoten en gesnapt
3) Paul: 1901-1987, dichter en prozaist